Ingestuurd door Cornelis Koedood op 31 januari 2025
Het gezin bestond, naast mijn vader, uit vrouw en 4 kinderen van 7, 5, 3 en 2 jaar. Omdat er een werkplaats was, kon mijn moeder zich enigszins staande houden. Mijn vader was belangrijk in de Kerkenraad in Rotterdam-Zuid en had daar ook veel vrienden en kennissen. Als een Duitser de werkplaats binnenkwam en Heil Hitler riep, riep mijn vader Heil Wilhelmina, tot schrik van mijn moeder. Hij werd in Den Haag opgepakt met tekeningen van o.a. een bootwerf in Rotterdam, (men onderhield daar Duitse schepen) dat later door de Engelsen werd gebombardeerd. In juli 1942 ben ik, 3 jaar oud, met mijn moeder naar de gevangenis in het Wolvenplein in Utrecht geweest. Mijn vader schreef in een afscheidsbrief, dat men heel rustig was voor de komen terechtstelling en hij rookte de meegebrachte sigaar.
Naast een herdenkingssteen in het fort Rhijnauwen is er ook een herdenkingssteen in fort de Bilt bij Utrecht.
