Persoonsgegevens
Voornaam | A. |
Achternaam | Middeldorp |
Beroep | chauffeur enz. |
Woonplaats | Den Haag |
Geboren | 2 april 1914 |
Reden arrestatie | gewerkt voor 'De Waarheid' |
Oranjehotel
Datum in Oranjehotel | 25 augustus 1941 |
Oranjehotel verlaten | 31 maart 1942 |
Vervolg | Buchenwald |
Ingezonden verhalen over A. Middeldorp
Zoon van koetsier Adrianus Middeldorp (18 januari 1886 Den Haag - 2 aart 1950 Den Haag) en Antonia Theresia van Bijnen (8 juni 1885 Den Haag - 18 maart 1936 Den Haag).
Getrouwd op 29 december 1937 te Den Haag met Emeline Commerel (25 november 1917 Leiden).
Vrachtwagenchauffeur / metaalarbeider.
Rooms-Katholiek
Woonde in de Frans Halsstraat 92 I te Den Haag.
Hij assisteerde Fred Donderwinkel in 1941 bij het ophangen aan de bovenleiding van de tram van een spandoek met een tekst ter gelegenheid van de 1 mei. Toen een toeschouwer met hoed op te lang aandachtig bleef kijken toen ze bezig waren met ophangen, stapte hij met een bijl op hem toe en zei tegen hem: 'doorlopen, anders maak ik van je hoedje en gleufhoedje'.
Hij werd gearresteerd in het pand Hemsterhuisstraat 2A, waar De Waarheid gestencild werd nadat uit vrees voor ontdekking het stencilen bij Henri Pieck gestopt was. Er was een zolderkamer gehuurd. De verhuurder had uit nieuwsgierigheid een kast opengebroken en ontdekte dat daar De Waarheid gestencild werd; hij waarschuwde Sicherheitsdienst. Daardoor konden Fred Donderwinkel, Nico de Goede en Arie Middeldorp gearresteerd worden (alle drie hadden een pistool op zak, maar konden het in de nauwe ruimte van de trap niet gebruiken). Middeldorp probeerde nog over het dak te vluchten, maar werd op het dak gepakt.
In het Oranjehotel werd hij mishandeld door Sicherheitsman Otto Lange, Inlichtingendienstman Veefkind en de vooroorlogse Inlichtingendiesntinfiltrant in de CPN Van Duivenbode. Ze sloegen hem met gummiknuppel en vuist bont en blauw ; hij moest met zijn gezicht naar een muur staan en toen sloeg Sichterheitsman Otto Lange hem hard van achteren tegen het hoofd zodat het tegen de muur spatte.
Toen Herman Holstege vermoord werd, moest hij op de gang wachten voor zijn eigen verhoor ; hij hoor Holstege roepen: 'moord, help ze vermoorden mij'. Toen hij de verhoorkamer binnenkwam rook die rook naar zweet en bloed. De kamer was gedeeltelijk gedweild, zodat hij vermoedde dat Holstege veel bloed had verloren.
Hij meldde in Buchenwald als arrestatiereden 'War Mitglied einer Arbeiter Sportvereinigung'.
Voormalige Gestapo-medewerkers die tijdens de oorlog de dood van grote aantallen communisten veroorzaakten en na de oorlog in dienst van de Binnenlandse Veiligheidsdienst traden, registreerden hem toen als staatsgevaar-
lijk.
Informatie uit:
openarchieven.nl
rudi-harthoorn.nl
Verhaal insturen
U dient ingelogd te zijn om een verhaal in te sturen.
Account / aanmelden
Foto insturen
U dient ingelogd te zijn om een foto in te sturen.
Account / aanmelden
Wijzigingen doorgeven
U dient ingelogd te zijn om een wijziging/opmerking te versturen.
Account / aanmelden