Dick ten Cate Brouwer

Persoonsgegevens

VoornaamDick
InitialenD.
Achternaamten Cate Brouwer
GeslachtMan
Leeftijd25
BeroepChemisch ingenieur
Geboren6 februari 1916 in Alphen aan den Rijn.
Overleden3 februari 1990 in Bogota, Villanueva, Bolivar, Colombia.

Reden arrestatieVermoedelijk wegens verspreiding illegaal blad "De Geus
Gearresteerd op9 juli 1941

Oranjehotel

Onderzoeknummer
Datum in Oranjehotel9 juli 1941
Oranjehotel verlaten23 juli 1941
Cel(len)517  |  Een cel adopteren? Bekijk de mogelijkheden
VervolgVrijgelaten

 

Ingezonden verhalen over Dick ten Cate Brouwer

Ingestuurd door Nationaal Monument Oranjehotel op 31 maart 2021

DICK TEN CATE BROUWER begon in 1940, na zijn studie scheikunde, in Leiden een adviesbureau en laboratorium voor de klei- en aardewerkindustrie onder de naam “Ceratenca”. Zijn laboratorium bevond zich aan de Steenstraat 3 in Leiden. Dit laboratorium werd op 11 december 1944 verwoest tijdens een van de geallieerde bombardementen op het gebied rond het station van Leiden.

In de tweede helft van 1940 was Dick betrokken geraakt bij verzetswerk. Hij maakte geen onderdeel uit van een organisatie, maar werkte waarschijnlijk samen met een of meer vrienden, onder andere uit zijn tijd op de Gemeentelijke HBS in Leiden (nu Bonaventura College). Ook werkte hij samen met Trijntje den Dikken (1915-2000; zie het verhaal van Trijntje op deze website) en haar broer Klaas Cornelis den Dikken (1919-1943; zie het verhaal van Klaas op deze website), die in Katwijk aan Zee woonde. Klaas den Dikken stond op zijn beurt in contact met de wis- en natuurkundeleraar Derk van Lingen (1895-1954) uit Oegstgeest, die de voorman was van een verzetsgroep die voornamelijk bestond uit een aantal leraren en oud-leerlingen van de Christelijke HBS aan de Kagerstraat in Leiden (nu Visser ’t Hooft Lyceum).

Op 9 juli 1941 werd Dick in Leiden gearresteerd en overgebracht naar de Cellenbarakken van het Oranjehotel in Scheveningen, waar hij werd opgesloten in cel 517. Dick werd op maandag 21 juli 1941 uitgebreid verhoord door zijn Sachbearbeiter, Wilhelm Hadler (1898-1946). Wilhelm Hadler was werkzaam als Kriminal-Sekretär bij de Gestapo afdeling IV-E. Deze afdeling had onder meer tot taak om spionage en contraspionage en alle daarmee samenhangende zaken te onderzoeken en stond onder leiding van Joseph Schreieder. Dick werd op woensdag 23 juli 1941 weer vrijgelaten.

Na terugkomst in Leiden vertelde Dick aan zijn verzetsnetwerk dat hij in de gevangenis het vertrouwen had weten te winnen van Wilhelm Hadler. Hadler stond volgens Dick aan de kant van de Nederlanders en voorzag hem van adressen van personen, die gearresteerd zouden worden. Dick kon deze personen dan tijdig waarschuwen en hen de gelegenheid te geven onder te duiken. Dit is -met de kennis van nu- een vreemd verhaal, maar wekte toen niet direct wantrouwen in zijn verzetsnetwerk.

Na zijn vrijlating kwam vanaf september/oktober 1941 een golf van arrestaties van verzetsmensen uit zijn netwerk in Leiden en omgeving op gang. Met een aantal van deze arrestaties werd Dick tijdens en na de oorlog in verband gebracht.

Dat Dick op enig moment al tijdens de oorlog in Leiden een gezocht man was, verbaast dan ook niet. In het verzetsblad “Voor God en den Koning” van 15 april 1944 (p. 8) werd voor hem gewaarschuwd. In het derde nummer van het “Veiligheidsorgaan” (8 augustus 1944), waarin medewerkers van de Leidse afdeling van de Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers werden gewaarschuwd voor provocateurs en niet vertrouwde individuen, werd Dick “een gevaarlijke provocateur” genoemd.

Verschillende verzetsmannen hebben achter hem aangezeten. Een verzetsman heeft geprobeerd hem te liquideren, terwijl een andere verzetsman heeft geprobeerd hem te vergiftigen op station Leiden. Beide pogingen mislukten.

Dick heeft Leiden rond 11 november 1944 verlaten. Zijn moeder ontving enige dagen na zijn vertrek een ansichtkaart uit Wageningen, waarop Dick schreef, dat hij het goed maakte. Rond 11 april 1945 zou Dick nog gezien zijn in Leipzig. Daarna ontbrak ieder spoor van hem. Op 28 februari 1946 is hij uitgeschreven uit het Bevolkingsregister in Leiden (vertrokken met onbekende bestemming).

Na het overlijden van zijn vader Dirk ten Cate Brouwer op 16 januari 1962 hebben de broer en zusters van Dick als erfgenamen van hun vader de Nederlandse rechter verzocht bij vonnis te verklaren dat ten aanzien van Dick sinds 11 april 1945 rechtsvermoeden van overlijden bestaat. Zo kon de nalatenschap van hun vader verdeeld worden. Dat verzoek is opmerkelijk omdat Dick’s vader op 15 maart 1955 aan Dr. P.G. Knibbe, die door het Nederlandsche Beheersinstituut op 25 september 1945 was benoemd tot beheerder over het vermogen van de spoorloze Dick, nog schreef: “Ik zou wel eens willen weten, wat er uiteindelijk met het geld gebeuren moet. Ik zou het toejuichen, wanneer ik het bedrag aan de oorspronkelijke eigenaar kon toesturen, die in het buitenland leeft en die het -voor zover ik weet- heel goed kan gebruiken. Dit laatste deel ik U vertrouwelijk mede.” Het was in ieder geval aan de vader bekend dat Dick nog leefde. Of hij die kennis met zijn kinderen heeft gedeeld, is onbekend.

Recent is duidelijk geworden dat Dick na zijn vertrek uit Leiden een vervalste identiteit heeft aangenomen. Hij ging door het leven als een uit het buitenland afkomstige chemisch ingenieur die dienst had genomen in het Canadese bevrijdingsleger en na de bevrijding in Nederland was gebleven. Met gebruikmaking van deze vervalste identiteit is hij getrouwd en heeft hij kinderen gekregen. In december 1950 is hij met zijn gezin naar Zuid-Amerika vertrokken. De langste tijd heeft hij in Colombia gewoond, waar hij op 3 februari 1990 is overleden.

Prof. dr. W.M.A. Kalkman
wolak@ziggo.nl

Verhaal insturen

U dient ingelogd te zijn om een verhaal in te sturen.

Account / aanmelden

Foto insturen

U dient ingelogd te zijn om een foto in te sturen.

Account / aanmelden

Wijzigingen doorgeven

U dient ingelogd te zijn om een wijziging/opmerking te versturen.

Account / aanmelden

Een andere gevangene zoeken