Persoonsgegevens
Voornaam | Harry |
Initialen | H.Chr. |
Achternaam | van der Logt |
Geslacht | Man |
Leeftijd | 38 |
Beroep | Werkzaam bij de H.T.M. |
Woonplaats | 's Gravenhage |
Geboren | 30 april 1906 in Harderwijk. |
Overleden | 12 maart 1945 in Rotterdam/Pleinweg. |
Reden van overlijden | Gefusilleerd |
Plaats graf | Nationaal Ereveld Loenen |
Reden arrestatie | Het drukken van een illegaal blad |
Gearresteerd in | 's Gravenhage |
Gearresteerd op | 9 maart 1945 |
Oranjehotel
Vervolg | Pleinweg, Rotterdam |
Oorlogsbronnen.nl
Oorlogsgravenstichting.nl
Ingezonden verhalen over Henrie Christiaan van der Logt
Zoon van Antonius Theodores van der Logt, onder officier (6 augustus 1868 Linden - 11 juni 1943 Haarlem) en Udoxia Johanna Jagers (27 augustus 1880 Grave - 7 november 1944 Amsterdam).
Broer van :
Gijsberdina Francisca Regina (20 januari 1902 Harderwijk)
Arnoldus Wilhelmus (6 januari 1903 Harderwijk)
Martinus Petrus (28 pril 1904 Tonsel - 22 december 1970 Den Haag)
Maria Theodora (25 januari 1908 Nijmegen)
kind (12 januari 1914 Nijmegen - 12 januari 1914 Nijmegen)
kind (8 mei 1918 Nijmegen - 8 mei 1918 Nijmegen)
Getrouwd op 28 augustus 1935 te Den Haag met Wiebigje Brans (6 maart 1912 Blokzijl).
Kind : Udoxia Johanna (29 april 1936 Den Haag).
In dienst getreden als hulpconducteur 16 februari 1943.
Is verraden en op 9 maart 1945 gearresteerd wegen het drukken van een illegaal blad. Hij werd overgebracht naar het Oranjehotel in Scheveningen.
Op 12 maart 1945 is hij overgebracht naar Rotterdam en op de Pleinweg gefusilleerd. In totaal een groep van 20 mannen waaronder ook zijn vriend Hans van 't Veen, die met hem was gearresteerd.
Zijn broer F. van de Logt:
Gevallene was iemand die het leven liefhad. Hij was een groot levenskunstenaar, die ondanks de vele tegenslagen in zijn leven, als gevolg van de groote crisis zijn omgevings steeds wist te boeien door zijn opgeruimde gesprekken De tegenslagen in zijn leven verbitterden hem niet, doch deden in hem de idee rijzen tot medewerken aan een betere toekomst, waarvan hij zich na de oorlog zooveel voorstelde. Hij zal deze toekomst nooit aanschouwen. Zijn eerlijk karakter gaf hem een te groot vertrouwen in de menschen, hetgeen hem waarschijnlijk noodlottig is geworden.
Vroeg in de morgen van den 9en Maart werd hij in zijn huis gearresteerd tezamen met zijn jonge, enthousiaste vriend Hans van 't Veen, terwijl zij de krantjes in gereedheid aan het maken waren voor de circulatie., die hij 's nachts gestencild had. Zijn laatste groet toen hij uit zijn huis werd geleid, golden zijn Vrouw en Kind, toen hij tegen de buren riep: Groet mijn Vrouw en Kind Harry kende de inzet van zijn werk.
HET FUSILLEREN OP 12 MAART IN ROTTERDAM
Veertig mannen worden op 12 maart 1945 in Rotterdam door de Duitsers gefusilleerd. Twintig van hen worden die dag om half negen in de ochtend doodgeschoten op het Hofplein. Twee uur later worden de andere twintig omgebracht op de Goereesestraat in Rotterdam-Zuid. De veertig verzetsmensen zijn slachtoffer van een wraakactie van de Duitse bezetter. Hitler heeft in de zomer van 1944 aangekondigd dat 'berechting van illegale werkers gestopt moet worden'. Zonder enige vorm van proces kan de Sicherheitsdienst (SD) verzetsmensen oppakken en straffen. De SD gebruikt dit om het verzet te breken. De SS- und Polizeifuhrer Rauter geeft in september 1944 het bevel om mensen uit het verzet langs de openbare weg dood te schieten en hun lichamen te laten liggen ter afschrikking van de bevolking. Gearresteerde verzetsmensen kunnen nu zomaar uit hun cel worden gehaald en naar een willekeurige plek gebracht worden om daar te worden vermoord. Ze zijn 'Todeskandidaten'. Aan het fusilleren van de veertig mannen in Rotterdam gaan drie gebeurtenissen vooraf: - op 5 maart wordt op de Pleinweg een aanslag gepleegd op SD'er Rohmer en zijn Nederlandse helper Koster - in de nacht van 6 op 7 maart probeert het Verzet tussen Arnhem en Apeldoorn een vrachtauto buit te maken. Ze schieten op een voertuig en dat blijkt de auto te zijn waarin de hoogste Duitse politiechef in Nederland zit: Rauter. Hij raakt zwaargewond - op 9 maart vindt op het Hofplein een schietpartij plaats bij een SD'er omkomt. Een jongeman uit het verzet heeft waarschijnlijk geschoten uit angst dat zijn wapen bij een controle zou worden ontdekt. De Duitse bezetter neemt genadeloos wraak. Op 12 maart worden om vijf uur 's morgens dertig Todeskandidaten uit de gevangenis in Scheveningen gehaald. Ze worden naar een schoolgebouw in de Rotterdamse Witte de Withstraat gebracht. Daar komen er nog tien mannen bij, die gevangen zitten op politiebureau Haagsche Veer. Twintig van hen worden even na acht uur naar het Hofplein gereden. Ze worden er om half negen doodgeschoten. Hun lichamen blijven een dag liggen. De twintig anderen worden door soldaten naar Rotterdam-Zuid gebracht. Op de hoek van de Pleinweg met de Goereesestraat worden de twintig gefusilleerd. De Vallende Ruiter wordt ook in 1958 onthuld. In 1988 wordt De Vallende Ruiter naar de huidige plek op de kop van de Mijnsheerenlaan/hoek Pleinweg verplaatst.
Informatie uit:
openarchieven.nl
genealogieonline.nl
wiewaswie.nl
oorlogsgravenstichting.nl
oorlogsbronnen.nl
Verhaal insturen
U dient ingelogd te zijn om een verhaal in te sturen.
Account / aanmelden
Foto insturen
U dient ingelogd te zijn om een foto in te sturen.
Account / aanmelden
Wijzigingen doorgeven
U dient ingelogd te zijn om een wijziging/opmerking te versturen.
Account / aanmelden