Bastiaan Abbink

Bastiaan (Bas) Abbink is geboren op vrijdag 26-06-1885 om 01:30 in Valkenburg ZH, zoon van Simon Abbink en Maartje Huigen. Bas is overleden op maandag 25-03-1968 om 23:00 in Lisse, 82 jaar oud.
Bas is vanaf 1912/1913 woonachtig in Lisse waar hij als brandstoffenhandelaar en aardappelverkoper zijn geld verdiende.

Uit de Politierapporten van Leiden uit de Tweede Wereldoorlog is helder geworden dat Bastiaan (samen met Gijsbertus Duineveld) op verzoek van de Burgemeester van Lisse op 23 november 1942 op het Politiebureau van Leiden in bewaring is gesteld op verdenking van frauduleus slachten. Nog diezelfde dag worden zij in arrest door de E.D. gesteld wegens overtreding van de Vee en Vleeschverordening. Op 27 november wordt Gijsbertus door de Politie uit Lisse op transport gesteld. Onduidelijk is waar Gijsbertus naar toe gebracht wordt.
Op zaterdag 28 november 13.15 uur wordt Bastiaan door de Politie uit Lisse overgebracht van het Politiebureau Leiden naar Den Haag. Lang was onduidelijk waar Bastiaan precies naar toe wordt gebracht, maar dan geeft de website over het Oranjehotel uitsluitsel. Bastiaan heeft van 28 november 1942 tot 16 december 1942 in de gevangenis in Scheveningen gezeten, het beruchte Oranjehotel. Volgens de NamenRegistratieKaart van het Rode Kruis heeft Bastiaan in cel 664 gezeten. Verder staat op de kaart nog een aanduiding "K.S.1". Hierna is Jan naar Kamp Amersfoort is afgevoerd zoals blijkt uit documentatie uit het Arolson Archives. Vermoedelijk heeft Bastiaan daar vanaf 16 december 1942 gezeten. Bastiaan heeft dus net als zijn broer Jan daar enige tijd doorgebracht. In zijn tijd in Kamp Amersfoort heeft hij ook de "Beul van Amersfoort" Joseph Kotalla meegemaakt.
Verder heeft Bastiaan een tijdje in Kamp Vught gezeten zoals blijkt uit een document gevonden in het Arolson Archives, van 16 december 1942 tot 15 februari 1943. Hoewel over de begindatum wat onduidelijkheid heerst. Bastiaan zou immers vanaf 16 december 1942 eerst in Amersfoort hebben gezeten. In Vught bleek nog een handgeschreven stuk in het archief te zitten van gevangenen die op 11 januari 1943 de Kamparts bezochten. In de laatste kolom van dit document staat een onduidelijk aantekening "Rheum. Hohen Sonne". Misschien heeft de Kamparts bedoeld dat Bastiaan last had van reuma en dat veel zonneschijn hem goed zou doen.
Lang is onduidelijk geweest waarom Bastiaan in Kamp Amersfoort en Vught heeft gezeten. Uiteindelijk is er in het Arolson Archives een document gevonden die aangeeft dat Bastiaan in Kamp Amersfoort heeft gezeten vanwege het feit dat hij als "aso" is bestempeld! Ook uit het kamp Vught is een Registratiekaart gevonden waarop de aanduiding "aso" wordt vermeld. Hier wordt zijn "Entlassen" per 15 februari 1943 bevestigd.

In februari 2020 is er een boek uitgekomen van Rense Havinga, Conservator van het Vrijheidsmuseum Groesbeek, over de asociaal vervolgden in de Tweede Wereldoorlog. Hieruit blijkt dat voor de kleinste vergrijpen Duitsers EN 2700 Nederlanders als "vervelend" werden ervaren en met een stempel "ASO" volgens de toenmalige voorschriften/gebruiken naar werkkampen gestuurd konden worden. Ook illegaal slachten, waar Bastiaan voor was opgepakt door de Lisse Politie, was voldoende om als asociaal te worden aangemerkt en zonder dat er een rechter aan te pas kwam "veroordeeld" te worden om enige tijd door te brengen in een concentratiekamp.
Bastiaan was, omdat hij als asociaal was gekenmerkt, vanuit Kamp Amersfoort afgevoerd naar Kamp Vught, een kamp dat feitelijk nog moest worden opgebouwd toen hij er in terecht kwam. In december 1942 ging een groep gevangenen (waaronder Bastiaan) vanuit Amersfoort vooruit om het Kamp Vught in gereedheid te brengen voor de aankomst van andere gevangenen. Vanaf de zomer van 1942 was begonnen met de bouw van Kamp Vught, door o.a. burgerarbeiders. Waarschijnlijk vanwege het gebrek aan deze burgerarbeiders is er gezocht naar andere arbeiders en vond men die in het Kamp Amersfoort. In december 1942 kwam Bastiaan daar dus met andere kampgevangenen van Amersfoort bij. De eerste, officieel geregistreerde gevangenen van Kamp Vught kwamen aan in januari 1943.

Toen hij daar aan kwam ontbraken alle basisvoorwaarden voor een menselijk leven: van voedsel en drinkwater tot onderdak en medische zorg. De gevangenen waren in Amersfoort al uitgehongerd en verzwakt geraakt en in het nieuwe kamp vielen in de tweede helft van januari een groot aantal doden. In januari en februari 1943 stierven er in het kamp Vught 70 mensen die tot de categorie "asociaal" werden gerekend.

Op het document van Kamp Vught staat vermeld dat Bastiaan op 15 februari 1943 is vrijgelaten. In de praktijk was dat niet altijd hetzelfde als vrij om naar huis te gaan. Vaak betekende het dat de persoon was ingedeeld voor de Arbeitseinsatz en ergens tewerkgesteld werd.
Bastiaan lijkt echter in januari 1945 weer thuis in Lisse, want op 18 januari 1945 tekent hij ten overstaan van de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand een verklaring dat hij instemt met het huwelijk van zijn meerderjarige zoon Jan Gerrit die op 24 januari trouwt.

Bastiaan en zijn broer Jan hebben beiden in Kamp Amersfoort gezeten. Bastiaan zat daar vast terwijl Walter Heinrich daar als Kampcommandant zat.

Bas trouwde, 25 jaar oud, op donderdag 27-10-1910 in Valkenburg ZH met Jennigje Wind, 24 jaar oud, nadat zij op zondag 16-10-1910 in Valkenburg ZH + Leiden in ondertrouw zijn gegaan.

Jennigje is geboren op woensdag 03-02-1886 om 09:00 in IJsselmuiden, dochter van Wolter Wind en Hendrikje Hesselbeen. Van de geboorte is aangifte gedaan op donderdag 04-02-1886. Van de geboorte van Jennigje is aangifte gedaan door vader Wolter en als getuigen traden op Hendrik Koekkoek, Arbeider en Jan Hobbeling, Arbeider, beiden uit Kampen.
Jennigje is overleden op vrijdag 01-05-1959 om 20:00 in Lisse, 73 jaar oud.Van het overlijden is aangifte gedaan op zaterdag 02-05-1959.
Op 6 december 1905 arriveert Jennigje vanuit de Stad Almelo in Amsterdam om aan de slag te gaan als Dienstbode bij de familie Bruins op de Grote Singel 143. Een halfjaar later, op 19 juni 1906 verhuist Jennigje echter al weer uit Amsterdam om zich in Leiden op de Jan van Goyenkade 10 te vestigen. Volgens haar Trouwacte woont Jennigje sinds april 1910 in Valkenburg ZH.