Persoonsgegevens
Voornaam | Alide |
Initialen | A. |
Achternaam | Storm van Leeuwen |
Geslacht | Vrouw |
Leeftijd | 22 |
Beroep | Verpleegster |
Woonplaats | 's Gravenhage |
Geboren | 16 september 1922 in Woodstock NY, USA. |
Overleden | 2 november 2021 in Amersfoort. |
Reden arrestatie | Verzetsactiviteiten |
Gearresteerd in | Nieuwe Merwede |
Gearresteerd op | 18 maart 1945 |
Oranjehotel
Oranjehotel verlaten | 6 mei 1945 |
Bijzonderheden | Na de oorlog gehuwd met verzetsman Wim Westra Hoekzema Heeft zich door moedig optreden tegenover de vijand onderscheiden door, na eerst vanaf begin 1944 illegaal te Nijmegen werkzaam te zijn geweest, waarbij zij o.a. als koerierster wapenen en berichten naar Limburg bracht, tijdens de gevechten in September 1944 in Nijmegen berichten van het door de vijand nog bezette gedeelte van deze stad naar het Geallieerde gedeelte door de vuurlinies over te brengen en daarna de in de strijd aldaar achterlaten munitie op te halen voor de illegaliteit. Voorts door na de bevrijding van Nijmegen, na zich beschikbaar te hebben gesteld voor het ontvangen van een opleiding in het behandelen van de S-phone, omstreeks half Maart 1945 zich weer vrijwillig van bevrijd naar bezet gebied per boot door de Biesbosch naar Doetinchem te willen begeven om mede een S-phone te bedienen, bij welke tocht zij wegens zwaar vijandelijk vuur was genoodzaakt geweest terug te keren en kort daarop ondanks zeer ongunstige en moeilijke omstandigheden wederom een poging te wagen om per boot de Biesbosch te passeren, waarbij de boot door een vijandelijke patrouilleboot werd aangehouden en zij met de overige bemanning werd gevangen genomen, totdat zij, na vele zware verhoren en verblijf in verschillende gevangenissen, begin Mei 1945 werd bevrijd. Zij heeft voor haar daden het Bronzen Kruis ontvangen. |
Familie
Lijst bevrijde gevangenen 1945
Ingezonden verhalen over Alide Storm van Leeuwen
Alide Storm van Leeuwen en Gerard van den Berg
Liet Storm van Leeuwen is in 1922 in de Verenigde Staten geboren. Ze doet in de eerste oorlogsjaren de verpleegstersopleiding in Arnhem en deelt de kamer met Helen. Helens zusje zit in het verzet, en als het in 1944 zo ver komt dat er Duitsers verpleegd moeten worden –op straffe van verbanning naar het Oostfront‐ krijgt Liet van dit zusje hulp om onder te duiken, want dát kan ze niet opbrengen, dat gaat net een stap te ver. Ze weet in Nijmegen te komen waar ze zich aanmeldt bij het verzet en opdrachten krijgt voor koeriersdiensten. In een mandje heeft ze een dubbele voering gemaakt. Daarin worden wapens en berichten verstopt, afgedekt met groenten en andere spulletjes. Zo fietst ze rond, vol vertrouwen in een goede afloop, maar vaak ook met bonkend hart, als er onverwachte dingen gebeuren.
Liet en Wim
In Nijmegen wordt ze ingedeeld in de Van Burke‐groep, dat zijn van die stoere jongens, KP’ers, van die types die ze wel ziet zitten. Tot één zo’n stoere knul voelt ze zich wel heel erg aangetrokken. Deze Gerard van den Berg krijgt een kamer in het hetzelfde huis waar zij zit. Ze zijn vaak samen. “Want het was zo koud en ik had een elektrisch kacheltje. Als je dat plat legt kan je daar heel goed de blikken voedsel van de geallieerden op warm maken”. Bij de herinnering aan de blikken corned beef loopt het water haar nog in de mond. Dankzij hun contacten met geallieerden werden ze nogal eens bevoordeeld met eten, chocolade of sigaretten. Ze is steeds vaker samen met haar vriend Gerard van den Berg, die later Wim Westra Hoekzema blijkt te heten.
Tijdens de gevechten in september 1944 brengt ze berichten over vanuit het bezette gedeelte van Nijmegen naar het deel van de stad dat in handen is van de geallieerden. In de strijd achtergelaten munitie haalt ze op en bezorgt die bij het verzet. Als Nijmegen helemaal is bevrijd, stelt ze zich beschikbaar voor een opleiding in het bedienen van de S‐phone. Dat is een telefoontoestel dat voor de Special Operations Executive (SOE) is ontworpen om te kunnen communiceren tussen het verzet en de agenten van de SOE en later ook met de commando‐eenheden aan de Franse kust. Ook kan ermee gecommuniceerd worden met onderzeeboten. Ze maakt de crossing in de Biesbosch om van bevrijd naar bezet gebied naar Doetinchem te gaan om daar o.a. de S‐phone te bedienen.
Hieronder volgt het relaas van de tocht van Lex Lindo, Liet Storm van Leeuwen en Wim Westra Hoekzema met Aaike van Driel zoals beschreven in het boek “Biesbosch crossings”. Opgetekend door Mark Lindo, de zoon van Lex Lindo
DE LAATSTE CROSSING VAN AAIKE VAN DRIEL.
“Liet Storm van Leeuwen en Wim Westra Hoekzema en Lex Lindo werden als agenten van het Bureau Inlichtingen uitgezonden naar het toen nog bezette gebied van Nederland met verschillende opdrachten. Vermeld zij dat een poging één avond daarvoor mislukte. Op 18 maart 1945 zouden wij met Aaike als schipper een nieuwe poging wagen Sliedrecht te bereiken. De crossing had aanvankelijk een normaal verloop, zij het dat de weersomstandigheden (de stand van de maan en het tij) niet gunstig waren en dat al spoedig bleek dat de boot lek was, zodat regelmatig gehoosd moest worden. Toen we ter hoogte van de Kop van het Land waren, omstreeks het punt waar zich aan weerskanten van de rivier Duitse wachtposten bevonden, kwam een aantal boten ons tegemoet. Dit bleken zogenaamde 'wilde crossers' te zijn. Als ik me goed herinner, waren het vier boten met ongeveer 20 personen. Deze werden opgemerkt door de Duitsers. Er volgde een beschieting en we hoorden direct een of meer stormboten. Aaike liet zich onmiddellijk terugdrijven en dook de kant in. Wij kwamen terecht bij het punt waar we de vorige avond ook gelegen hadden. Het schieten werd steeds heviger en op een afstand van naar schatting 30 a 40 meter zagen we een boot met wilde crossers eveneens beschutting zoeken. In deze boot zaten mensen die gilden: 'Help, help, moeder'. 'niet schieten' enzovoorts. Deze boot werd door de Duitsers geënterd, de inzittenden werden gevangengenomen en weggevoerd. Even later kwam de stormboot weer terug en bleef zoeken. Ook de andere boten werden ontdekt en afgevoerd. Men bleef daar nog enige tijd rondvaren en wij dachten dat we ook ieder moment ontdekt zouden worden.
Na verloop van tijd werd het rustig op het water en op een gegeven moment besloot Aaike te trachten Lage Zwaluwe weer te bereiken en ging terug. Dit ging goed tot we ter hoogte van de samenstroming van de Nieuwe Merwede en de Amer kwamen. Aaike zei 'nu hebben we het gehad, we zijn er door’ en op dat moment hoorden we de motor van een boot en keken vrijwel onmiddellijk in de lopen van een aantal op ons gerichte wapens van de bemanning van een stormboot. Deze had kennelijk liggen wachten of er wellicht nog een boot zou trachten te ontkomen. We werden geënterd, een Duitser stapte bij ons in de boot en we werden naar de Kop van het Land gesleept door de stormboot. Daar aangekomen werden we gefouilleerd, verhoord en 's morgens met de gevangen genomen wilde crossers naar Oud-Beijerland gebracht. Op een boerenwagen werd alle bagage van de wilde crossers gedeponeerd, daarop moest Liet gaan liggen en achterop de wagen lag een Duitser met een machinegeweer. Achter de wagen werden Aaike, Lex en Wim opgesteld en daarachter de wilde crossers.
Om ons heen liep nog een aantal Duitsers met de geweren in de aanslag. In Oud-Beijerland aangekomen, werden we overgegeven aan de Feldgendarmerie, die in een school was ondergebracht. Na enkele dagen werden Aaike en de inzittenden van zijn boot overgebracht naar de gevangenis aan de Noordsingel in Rotterdam en overgedragen aan de geheime Feld-polizei. Na onze arrestatie was er geen of nauwelijks mondeling contact. Dit stonden de Duitsers niet toe. Het bleef bij een blik van verstandhouding. In de gevangenis aan de Noordsingel in Rotterdam zaten Aaike, Lex en Wim in cellen naast elkaar en Liet aan de overzijde. Lex en Wim hadden veel contact middels klopsignalen. Met Aaike was dit - volgens Lex- erg moeilijk. Hij zat namelijk in een cel tussen Aaike en Wim. Wij zijn enkele malen met z'n drieën gelucht in een afgesloten, met gaas overdekte ruimte. Dit was de enige gelegenheid voor een persoonlijk contact tijdens onze gevangenschap. We werden afgeluisterd, dus het gesprek beperkte zich tot algemeenheden. Aaike zei niet veel en maakte een erg introverte, doch berustende indruk. Uit niets is mij toen gebleken dat hij in Rotterdam, tijdens de verhoren, is mishandeld. Na enige tijd is Aaike ik weet niet meer wanneer dit was - naar elders overgebracht. Later bleek dat hij was overgebracht naar de gevangenis aan het Wolvenplein te Utrecht. Daar zijn Aaike en Kees -die thuis was opgepakt- vaak en langdurig verhoord en op gruwelijke wijze mishandeld en -zoals bekend- tenslotte op 30 april 1945 op 'Fort De Bilt' gefusilleerd. Liet, Wim en Lex zijn in april 1945 overgebracht naar de strafgevangenis in Scheveningen en na de capitulatie in vrijheid gesteld.”
Op dinsdag 2 november 2022 overleed de laatste verzetsstrijder die onderscheiden is met het Bronzen Kruis.
Tijdens de oorlog was Lies Storm van Leeuwen in opleiding tot verpleegster. Op enig moment werd ze verplicht Duitse soldaten te verplegen. Dat ging haar een stap te ver, ze kon het verplegen van de vijand -naar eigen zeggen- niet opbrengen. In 1944 wist ze naar Nijmegen te komen. Via kennissen meldde ze zich aan bij het verzet.
Vanaf begin 1944 werkt zij illegaal in Nijmegen, zo brengt zij als koerierster wapens en berichten naar Limburg. Tijdens de gevechten in september 1944 bracht zij inlichtingen van het door de Duitsers nog bezette gedeelte van de stad naar het Geallieerde gedeelte, dwars door de vuurlinies. Daarbij haalde ze in de strijd achtergelaten munitie op voor het verzet. In het verzet ontmoet ze Wim Westra Hoekzema, die ze dan alleen nog maar kent onder zijn schuilnaam ‘Gerard van den Berg’. Samen worden ze ingezet bij acties om inlichtingen en waardepapieren te transporteren.
Na de bevrijding van Nijmegen, volgt ze een opleiding in het behandelen van de S-phone. In maart 1945 reist ze samen met ‘Gerard van den Berg’ weer vrijwillig van bevrijd naar bezet gebied. Dit keer per boot door de Biesbosch, waarna ze naar Doetinchem zullen gaan om een S-phone te bedienen. Tijdens deze tocht zijn ze door zwaar vijandelijk vuur genoodzaakt terug te keren. Kort daarop ondernemen ze -ondanks zeer ongunstige en moeilijke omstandigheden- opnieuw een poging om per boot de Biesbosch te passeren. Dit keer wordt de boot door een vijandelijke patrouilleboot aangehouden en wordt zij samen met de overige bemanning gevangengenomen.
Na vele zware verhoren en verblijf in verschillende gevangenissen kwamen Lies Storm van Leeuwen (22) en Wim Westra Hoekzema (18) beide in Scheveningen in de gevangenis terecht. In dit zogenaamde ‘Oranjehotel’ wachtten ze in een dodencel op hun vonnis. Gelukkig komt de bevrijding door de Canadezen in mei 1945 voor hen op tijd.
Ze trouwen vlak na de oorlog en krijgen drie kinderen. Ook bouwen ze een eigen bedrijf op.
In 1950 ontvangen ze beiden een militaire dapperheidsonderscheiding uit handen van Prins Bernhard. Lies krijgt de Bronzen Leeuw en Wim het Bronzen Kruis. Alleen in bijzondere gevallen werden deze onderscheidingen ook aan burgers uitgereikt. Slechts 11 vrouwen ontvingen een Bronzen Leeuw.
Lies Storm van Leeuwen is op 16 september 1922 geboren in Woodstock (NY). Op 4- jarige leeftijd keert ze met haar moeder terug naar Nederland. Op 2 november 2021 overlijdt ze in Amersfoort. Wim Westra Hoekzema overlijdt in 2002.
Verhaal insturen
U dient ingelogd te zijn om een verhaal in te sturen.
Account / aanmelden
Foto insturen
U dient ingelogd te zijn om een foto in te sturen.
Account / aanmelden
Wijzigingen doorgeven
U dient ingelogd te zijn om een wijziging/opmerking te versturen.
Account / aanmelden