Hilko Glazenburg

Persoonsgegevens

Voornaam Hilko
InitialenH.
AchternaamGlazenburg
GeslachtMan
Leeftijd25
BeroepWerktuigkundig ingenieur
WoonplaatsHengelo
Geboren4 november 1915 in Zaandam.
Overleden23 februari 2005 in Haarlem.

Reden arrestatieSpionnage, hulp aan vijand

Oranjehotel

Datum in Oranjehotel13 mei 1941
Oranjehotel verlaten26 maart 1942
VervolgBerlijn
Sachsenhausen
BijzonderhedenStijkelgroep

Categorieën

Stijkelgroep
 

Ingezonden verhalen over Hilko Glazenburg

Ingestuurd door Jacqueline 't Hart op 20 maart 2022

Hilko Glazenburg is een zoon van Berend Glazenburg (circa. 1883 Winschoten-7 maart 1949 Zaandam) en Johanna Maria Jacoba Decker (27 mei 1889 Zaandam-12 juni 1966 Hilversum). Student, woonachtig in Zaandam en enige mannelijke overlevende van de Stijkel-verzetsgroep. Hij bezorgt post bij Unilever in Rotterdam, die krijgt hij van een vriend uit Zaandam, waar zijn ouders wonen. Zijn vriend zegt dat hij last krijgt met de Duisters, moet zeggen dat het reclamemateriaal is.
Joodse hoogleraren worden ontslagen en hij kan zijn studie in Delft niet afronden. De TH wordt gesloten, maar hij gaat werken bij machinefabriek Stork in Hengelo, op initiatief van z'n studentenvereniging. Als oudejaarsstudent begeleidt hij jongerejaars. Hij gaat in Hengelo wonen, het contact met Delft verdwijnt. Begin mei 1941 keert hij terug naar Delft, wordt gearresteerd en naar Scheveningen gebracht. Bij zijn verhoor zegt hij dat hij niet weet wat hij bij Unilever afleverde.
Zijn moeder mag op bezoek komen. Eénmaal per dag wordt hij gelucht, waarbij hij zijn Zaanse vriend ontmoet. Een proces komt niet op gang, maar hij blijft opgesloten. Eind februari 1942 wordt hij overgebracht naar de hoofdgevangenis Pompstationweg en moet daar enveloppen vouwen. Op 26 maart 1942 wordt hij met een klein groepje pet trein overgebracht naar de gevangenis aan de Lehrterstrasse in Berlijn. Zijn cel is vies en het eten wordt door een luikje naar binnen geschoven.
Zijn advocaat meldt hem dat contact met thuis onmogelijk is. Een enkele keer is er een Duitse krant. Hij blijft bij zijn verklaring. Bij het luchten mag hij niet met de anderen spreken. Hij wordt ter dood veroordeeld, omdat hij heeft deelgenomen aan een verzetsgroep en berichten heeft doorgegeven. Het wordt Kerst en het is koud tijdens het luchten. Uit krantenberichten begrijpt hij dat de winter 1942/1943 voor de Duitsers niet voorspoedig verloopt. Hij vraagt zich af of zijn doodvonnis nog voltrokken wordt. Met Pasen krijgt hij een ei dat hij tegen kalkgebrek met dop en al opeet. De bomen op de binnenplaats krijgen weer bladeren.
In juli 1943 wordt z'n celdeur geopend en hoort hij dat de doodstraf achterwege blijft. Op 2 juli 1943 wordt hij per trein op transport gesteld tot Küstrin. De laatste 15 kilometer tot tuchthuis Sonnenburg moet hij lopen, een tocht door prachtige natuur. Na een nacht in een koude natte cel vol luizen wordt hij opgesloten in een éénpersoonscel in een naburig gebouw. Het uitzicht uit het cel raam is prachtig, daarom verft hij de tralies wit. Hij werkt in een wapenfabriek in het gebouw en houdt de productie laag. Na lange tijd eenzame opsluiting ontmoet hij overdag meer mensen, vaak politieke gevangenen. Het eten is onvoldoende. Mensen hebben zweren en oedeem. Hij is groepsleider en Flürwarter, manusje-van-alles. Hij moet eten dragen en wc's legen. Bij het oprukken van de Russen wordt hij in een volle treinwagon naar Sachsenhausen versleept. Bij aankomst volgt telling en inschrijving. Hij krijgt blauw-wit gestreepte gevangeniskleding.
In de barak heerst ijzeren discipline. Het eten is slecht, mensen worden mishandeld, zelfs opgehangen. Iedere ochtend is er appèl. Hij probeert niet op te vallen. Als ingenieur moet hij helpen anti-tankwapens te ontwikkelen, hij saboteert waar mogelijk. Er zijn exercities.
In het gebombardeerde Oraniënburg moet hij puin ruimen. Op de appèlplaats moet hij schoenen testen door er lang rondjes op te lopen. Hij geeft een beschrijving van Sachsenhausen. Alle noodzakelijke voorzieningen zijn aanwezig, maar er zijn teveel gevangenen. Steeds meer mensen worden vergast: de Himmelfahrt-transporten.
In april gaat hij met een groep van 500 man lopend op transport, vlak voor de komst van de Russen. Achterblijvers of mensen die proberen te vluchten worden neergeschoten. Er is niets te eten. Ze stoppen in een bos en bouwen hutten van takken. Dan komen er wagens van het Rode Kruis en wordt hij aan de Engelsen overgedragen, die hem op 19 mei 1945 per vrachtauto naar Enschede brengen. Vanuit Kasteel Eerde bij Ommen schrijft hij een brief naar huis.
Na de oorlog trouwt hij met An Schilstra en ze krijgen twee dochters.

Informatie uit:
zaanwiki.nl
stijkelgroep.nl
geni.com

Verhaal insturen

U dient ingelogd te zijn om een verhaal in te sturen.

Account / aanmelden

Foto insturen

U dient ingelogd te zijn om een foto in te sturen.

Account / aanmelden

Wijzigingen doorgeven

U dient ingelogd te zijn om een wijziging/opmerking te versturen.

Account / aanmelden

Een andere gevangene zoeken