Johannes van Benthem

Johannes van Benthem (geboren 31-1-1920) was bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog als vaandrig gestationeerd op vliegveld Iepenburg.
Daar was hij betrokken bij de strijd op het vliegveld. Hij wordt daarover geciteerd in het boek "Slag om de Residentie" van E.H.Brongers. Zijn verhaal is terug te lezen op blzn 49-51 en blzn 56-59.
Op 25 april 1944 werd hij gevangengenomen en overgebracht naar het Oranjehotel. Hij heeft zich niet aangemeld als krijgsgevangene (zie brieven van zijn vader: bijlage 1 en 2).
Hij werd overgeplaatst naar Vught (in ieder geval voor 6 juli). Zijn vader probeert zijn belangen te behartigen via derden (zie bijlage 3a en 3b). Op "dolle dinsdag" wordt hij per trein afgevoerd, maar weet in de ontstane verwarring te ontsnappen door uit de trein te springen. Hij duikt onder. Na de oorlog blijft hij beroepsmilitair (uiteindelijk als kolonel bij de Koninklijke Landmacht, directie materieel).
Voor zijn optreden in de meidagen ontvangt hij in 1949 De Bronzen Leeuw (zie bijlage 4). Bijlage 5 laat alle eretekenen zien (o.a. Officier in de orde van Oranje Nassau met de zwaarden).
Over de oorlog en het verblijf in het Oranjehotel heeft hij aan kinderen en kleinkinderen nooit veel willen vertellen. Als kolonel maakte hij zich sterk voor het goed uitrusten van "onze jongens" om herhaling van zijn ervaringen in de meidagen met slechte uitrusting en voorbereiding te voorkomen. Hij overleed in 1994.