Arnold Werner

Ingestuurd door de heer Tydeman

Arnold Werner is geboren op 11 november 1904 en is in 1924 gedoopt als Jehovah’s Getuige. Hij verspreide overal de resolutie „Een uitdaging aan de wereldleiders”. Deze resolutie riep mensen op om Gods koninkrijk te aanvaarden, en stelde de ontrouw aan de kaak van de christenheid die een surrogaat daarvan, de Volkenbond, ondersteunde. Arnold verspreidde er tienduizenden exemplaren van. In 1927 werd Arnold als bijkantoordienaar van het Wachttorengenootschap aangesteld. In 1939 begonnen de Getuigen met borden te lopen met teksten als: „Fascisme of Vrijheid — Wat Kiest U?” Voorbijgangers werd de brochure Fascisme of Vrijheid aangeboden. De Getuigen plaatsten ook lichtbakken in de vensters van hun huizen, met leuzen als: „Gods Koninkrijk Regeert — Is het Einde der Wereld Nabij?” en „Wat Kiest U — Theocratie of Dictatuur?”

Angst voor oorlog maakte iedereen zenuwachtig. Autoriteiten waakten er angstvallig voor Hitler niet te kwetsen. Maar toen Hitler Polen binnenviel, begonnen meer mensen naar de Getuigen te luisteren. De boodschap in het boek Vijanden en de brochure Fascisme of Vrijheid, was heel scherp. Lectuur van het Wachttorengenootschap werd verbeurd verklaard en wie het verspreid had, werd door de Nederlandse autoriteiten gearresteerd en gevangengezet. De aanklacht luidde dan dat ze ’een „bevriend staatsman” hadden beledigd’ (!).

Op 10 mei 1940, toen Duitsland Nederland binnenviel, beval het Nederlandse leger de arrestatie van alle Duitse onderdanen in Nederland. Arthur Winkler had inmiddels de taak van Arnold overgenomen en nu werden hij en Fritz Hartstang weggevoerd, zij het voor een korte tijd. Degenen die achterbleven namen snel voorzorgsmaatregelen. Namen en adressen en andere informatie werden zorgvuldig verborgen. Lectuur werd verzonden naar gemeenten die nog bereikt konden worden.

Op 29 mei 1940 maakte rijkscommissaris Seyss-Inquart bekend dat de organisatie van Jehovah’s Getuigen verboden was. Eind juni 1940, bezochten drie Gestapo agenten het bijkantoor. Zij vroegen waar Arthur Winkler was. Het was duidelijk dat alles wat zij wilden vinden, inmiddels verdwenen was. Arnold Werner kon hen horen mompelen: „We zijn te laat!” Op 6 juli 1940 werden het kantoor in Heemstede en de drukkerij in Haarlem verzegeld. De drukkerijuitrusting die uit Tsjechoslowakije naar Haarlem was gesmokkeld, was goed benut en er was een flinke voorraad lectuur opgebouwd.

In september brak er een golf van arrestaties onder de Getuigen los. Op 12 september 1940 werd Arnold Werner door twee SS-officieren in hechtenis genomen en rechtstreeks naar de gevangenis in Scheveningen overgebracht. Men gaf hem pen en papier en zei hem dat ’hij alles op moest schrijven over de activiteiten van Jehovah’s Getuigen, de gemeenten in Nederland, hun leiders en vooral over de aanvoer van lectuur’. Wanneer hij dat had gedaan, zou hij weer naar huis mogen, maar Arnold onthulde niets dat het werk van de Getuigen kon schaden en mocht dus ook niet naar huis.
Uiteindelijk is Arnold toch vrijgelaten en niet nog eens gearresteerd. Hij heeft de oorlog overleefd en vestigde zich in Roermond waar hij op hoge leeftijd, trouw aan zijn overtuiging, is gestorven.